Welke voor en nadelen heeft de gezamenlijke munt, de Euro?

In 1957, bij de oprichting van de voorloper van de Europese Unie, streefden de lidstaten naar een gemeenschappelijke handelsmarkt. Het werd steeds duidelijker dat een nauwere economische en monetaire samenwerking de sleutel was tot een verdere groei en bloei van de gemeenschappelijke markt en een betere werking van de Europese economie. Dit zorgt dus voor meer banen en een hogere welvaart voor de Europeanen. In het Verdrag van Maastricht besloten de lidstaten Europa in de 21ste eeuw een stabiele en sterke munt te geven. Deze munt kennen wij nu als de Euro.

 

Wie beheert de Euro?

 

De Euro wordt beheerd door de Europese Centrale Bank (ECB). Alle centrale banken van de EU-landen werken samen met de ECB. Alle banken bij elkaar vormen het Europees Stelsel van Centrale Banken. Ook coördineert de ECB de samenwerking tussen alle centrale banken van de Eurozone. Deze samenwerking wordt ook wel het eurosysteem genoemd. De ECB heeft 3 bestuursorganen. Deze 3 zijn:

  • Raad van Bestuur. Deze raad evalueert de monetaire en economische trends, stelt de rente vast waartegen banken geld kunnen lenen van de ECB en bepaalt het beleid van de eurozone.
  • Directie. De directie oefent de bevoegdheden die door de Raad van Bestuur gedelegeerd zijn uit, bereidt vergaderingen van de Raad van Bestuur voor en is verantwoordelijk voor de dagelijkse werkzaamheden van de bank.
  • Algemene Raad. Helpt de ECB bij toetreding van nieuwe landen tot de Eurozone en helpt met adviserende en coördinerende taken.

 

De ECB heeft een paar basistaken. De basistaken zijn: 

  • Het verrichten van valutamarktoperaties.
  • Het bevorderen van een goede werking van het betalingsverkeerd
  • Het ten uitvoer leggen en bepalen van het monetair beleid van het eurogebied. Ze moeten er onder andere voor zorgen dat de inflatie laag blijft.
  • Het beheren en aanhouden van de externe reserves van het eurogebied. Ook wel het portefeuillebeheer

 

Daarnaast zijn er nog een paar taken die de ECB heeft: 

  • De ECB heeft het alleenrecht machtiging te geven tot de uitgifte van bankbiljetten binnen het eurogebied.
  • Financiële stabiliteit en financieel toezicht. Het Eurosysteem draagt bij tot een goede beleidsvoering door bevoegde autoriteiten op het vlak van bedrijfseconomisch toezicht op de stabiliteit en de kredietinstellingen van het financiële stelstel
  • Internationale en Europese samenwerking: de ECB werkt met de taken die aan het Eurosysteem zijn toevertrouwd samen met relevante organen, fora en instellingen, zowel op mondiaal niveau als binnen de EU
  • In samenwerking met de nationale centrale banken vergaart de ECB de voor het vervullen taken van het ESCB benodigde statistische gegevens, hetzij rechtstreeks bij economische partijen, hetzij bij de nationale autoriteiten

 

Voorwaarden invoering Euro

 

De voorwaarden om de euro in te kunnen voeren worden ook wel de convergentiecriteria of de criteria van Maastricht genoemd. Dit omdat ze voor het eerst in het Verdrag van Maastricht werden geformuleerd. De punten zijn over het algemeen best wel streng. De punten zijn:

  • Het begrotingstekort mag niet hoger zijn dan 3% van het BNP
  • De overheidsschuld moet lager zijn dan 60% van het BNP
  • De inflatie mag niet hoger zijn dan 1,5% boven de gemiddelde inflatie van de drie lidstaten met de laagste inflatie
  • Een gemiddelde nominale langetermijnrente die niet meer dan 2% hoger ligt dan die van de drie lidstaten met de laagste inflatie. Een wisselkoers die gedurende twee jaar voor toetreding tot de euro zonder grote spanningen binnen de normale fluctuatiemarges van het wisselkoersmechanisme van het EMS (Europees Monetair Stelsel) is gebleven.

Als landen zich niet aan deze criteria houden, doordat ze bijvoorbeeld het begrotingstekort laten oplopen, worden ze onder speciaal toezicht gesteld door de Europese Commissie. In het uiterste geval kan de Raad van Ministers een boete uitdelen.

 

De voordelen van de Euro

 

De Euro heeft heel veel voordelen. Deze voordelen zijn voor particulieren, bedrijven en voor economieën. Voorbeelden van deze voordelen zijn:

  • Meer economische stabiliteit en groei
  • Meer zekerheid en meer mogelijkheden voor bedrijven en markten
  • Een ruimere keuze en stabiele prijzen voor consumenten en burgers
  • Een sterkere aanwezigheid van de Europese Unie in de wereldeconomie
  • Een concreet symbool van een Europese identiteit
  • Beter geïntegreerde financiële markten

De meeste van deze voordelen hangen samen met elkaar. Zo is een economische stabiliteit goed voor de economie van een EU-lidstaat omdat zijn regering daardoor beter toekomstplannen kan maken. Economische stabiliteit is daarnaast ook goed voor het bedrijfsleven omdat het onzekerheid vermindert en aanmoedigt om te investeren. Dit is weer gunstig voor de burgers, die hierdoor meer en betere banen kunnen krijgen.

Er zijn natuurlijk nog een tal van andere voorbeelden. Andere voorbeelden zijn:

  • Je hoeft niet meer je geld te wisselen als je naar een ander land gaat die met de Euro betaald. Je hoeft dus geen rekening te houden met een andere munteenheid
  • De Euro kun je overal ter wereld omwisselen. Het is een internationaal betaalmiddel waarmee je vrijwel overal terecht kunt
  • Je hoeft geen bedragen om te rekenen als je wat koopt uit een ander land die ook de Euro gebruikt
  • Het exporteren en importeren met Eurolanden is makkelijker omdat iedereen met dezelfde munt betaald

Door de schaalvergroting en integratie van de Eurozone en de economie zorgt de gemeenschappelijke munt voor voordelen en mogelijkheden die de gemeenschappelijke markt efficiënter maken.

Toen de euro er nog niet was, zorgde het wisselen van geld bij grensoverschrijdende transacties voor extra risico's, kosten en een gebrek aan transparantie. Door de euro is het veiliger en goedkoper zakendoen in de Eurozone

Doordat prijzen vergelijkbaar zijn, stimuleert dat de internationale handel en allerlei soorten investeringen. Zo heb je de individuele consument die het goedkoopste product zoekt, bedrijven die op zoek zijn naar de voordeligste dienstverlening en grote institutionele beleggers die in de Eurozone zonder wisselrisico's kunnen investeren. Er is en grote geïntegreerde markt ontstaan binnen de Eurozone, die dezelfde munteenheid gebruiken.

 

De schaal van de gezamenlijke munt en de Eurozone levert ook nieuwe kansen op in de wereldeconomie. Door de gemeenschappelijke munt is de Eurozone een aantrekkelijke handelspartner voor andere landen. Dit is weer goed voor de handel en de investeringen. De Euro is een interessante reservemunt voor landen buiten de Europese Unie door een verstandig economisch beleid en geeft de Eurozone hierdoor meer invloed binnen de wereldeconomie.

Voorzichtig beheer en schaalvergroting zorgen voor een economische stabiliteit in de Eurozone. Hierdoor is de Eurozone beter bestand tegen plotse economische veranderingen die zich buiten de Eurozone voordoen en nationale economieën verstoren. Voorbeelden hiervan zijn de wereldwijde stijgingen van de olieprijs of de turbulentie op de valutamarkten. Door de omvang en sterkte van de Eurozone kan het zulke externe schokken beter verwerken, de groei op peil houden en het banenverlies beperken.

 

De Euro brengt op zichzelf geen economische stabiliteit en groei. Hiervoor is een goed beheer van de economie van de Eurozone nodig. Dit gebeurt volgens de regels van het Verdrag en het Stabiliteits- en Groeipact (SGP), wat een essentieel element is van de Europese Monetaire Unie (EMU). Daarnaast is de euro het belangrijkste instrument om optimaal te profiteren van de voordelen van de gemeenschappelijke markt. Hierdoor is de munt een onmisbaar deel van de sociale, politieke en economische structuren van de Europese Unie van vandaag.

 

De nadelen van de Euro

 

De Euro heeft ook nadelen. Een nadeel is: Het verlies van een instrument waarmee men snel een economie kan aanpassen: een eigen munt. Als landen een verschillende economie hebben, is het verlies van dit instrument een gemis. Nederland heeft een hoge export en staat daardoor in bloei, maar Griekenland zit in de put door een lage export en hoge schulden.

De Optimum Currency Area Theory gaat ervan uit dat landen alleen een munt kunnen delen als de economieën van deze landen overeenkomen. Elmer Sterken, hoogleraar monetaire economie aan de Rijksuniversiteit Groningen, vraagt zich af of Europa een optimaal valutagebied is. Hij vraagt zich namelijk af of Zuid- en Noord-Europa voldoende geïntegreerd zijn of kunnen raken.

Economische verschillen tussen landen in de Eurozone zorgen voor problemen. Arjo Klamer, hoogleraar culturele economie aan de Erasmus Universiteit Rotterdam, stelt dat de wisselkoers voor Nederland en Duitsland te laag is en voor Griekenland te hoog. Omdat Nederland een overschot heeft op de lopende rekening, is de waarde van de euro te laag voor Nederland. Klamer zegt hierover: "Exporteren kan tegen een lage prijs, maar importeren is een stuk duurder."

Griekenland heeft een tekort op de lopende rekening, waardoor de waarde van de euro te hoog is. Sterken zegt hierover: "Dit komt doordat de productiviteit, de mate waarin arbeid tot resultaat leidt, te laag is in Griekenland." De lage productiviteit is terug te zien in het hoge werkloosheidpercentage in Griekenland: 24,9% in Griekenland ten opzichte van 6,9% in Nederland.

Door de lage productiviteit zijn de productiekosten hoger. Hierdoor zijn producten duurder waardoor er minder geëxporteerd wordt. Hierdoor kunnen ze de groeiende concurrentie niet meer aan en moeten er mensen ontslagen worden of moeten de lonen omlaag.

Als we een eigen munt hadden, zou de wisselkoers gestegen zijn door de grote export. Er worden er dan namelijk meer gevraagd dan aangeboden. De export zou daarna weer dalen door de hoge wisselkoers, omdat Nederlandse producten dan weer meer zouden kosten. Door de gemeenschappelijke wisselkoers van de gemeenschappelijke munt, is de stijging van de wisselkoers en dus de daling van de export van Nederland niet echt mogelijk. In Griekenland zou juist het tegenovergestelde gebeuren als er nog een eigen munt was. Door een verlaagde wisselkoers zou de export stijgen. Hierdoor zou het weer beter moeten gaan met Griekenland. Dit is echter door de Euro niet meer mogelijk.

Een ander nadeel is dat de invoering van de euro heel veel geld heeft gekost. Al de oude valuta’s moesten ingezameld, vervangen en daarna vernietigd worden. Alle automaten waar de guldens nog inzaten moesten aangepast worden en bepaalde software moest worden bijgewerkt. Guldens mochten na de jaarwisseling in 2001 ook niet meer worden teruggegeven, toen er een enorm bedrag aan geld in de winkels aanwezig was. Hierdoor was er allemaal extra beveiliging nodig. Ook kreeg iedere Nederlander een gratis setje euromunten die ze moesten afhalen met een waardebon. Dit was een duur grapje voor het bedrijfsleven. De kosten worden namelijk op 5 miljard euro geschat. Dit zou nu 2.268.901.080,45 miljard zijn. De banken en de overheid hebben naar schatting ook miljarden moeten betalen hiervoor. Het gratis zetje euromunten was dan wel eenmalig, en werd dus niet meer herhaald.

Ten slotte staan de EMU-normen de economische groei van Eurolanden ook in de weg. De staat mag niet te veel schulden hebben en dat beperkt de staat weer om te investeren. De lidstaten zijn namelijk verplicht om de overheidsschuld en het overheidstekort niet te hoog te laten oplopen. De schuld mag niet hoger zijn dan 60% van het bbp en het tekort mag niet groter zijn dan 3% van het bbp. Als het tekort de norm overschrijdt, komt de lidstaat in een procedure voor buitensporige tekorten terecht. Met deze procedure adviseert de Europese Unie de ECOFIN-Raad om een lidstaat die een buitensporig tekort heeft een aanbeveling te doen. Normaal gesproken moet het tekort dan binnen een jaar worden weggewerkt. Bij zware economische omstandigheden kan een lidstaat meer tijd gegund worden. Doordat landen hier dus zo veel op moeten letten, kunnen ze niet zomaar al hun geld uitgeven om ervoor te zorgen dat ze kunnen groeien.

Maak jouw eigen website met JouwWeb